1. Bepalen BTW-methode
Bij aanvang van een boekjaar dient u te bepalen welke BTW-methode u gaat hanteren. Er mogen dan nog geen mutaties of vaste journaalposten in de administratie aanwezig zijn. In het programmaonderdeel Onderhoud → Algemeen → Basisgegevens administratie → Tab BTW heeft u de keuze tussen “BTW op de sub-administratie” of “BTW op grootboek”.
BTW op de sub-administratie Standaard is deze optie niet aangevinkt. | vs. | BTW op het grootboek Door het aanvinken van deze optie boekt u de BTW op grootboekniveau, hetgeen controle technisch voordelen biedt. |
2. Aanmaken stamgegevens
2.1 Aanmaken Grootboekrekeningen
Ga naar Onderhoud → Grootboek. Rekeningen met betrekking tot de BTW-aangifte dienen hier aanwezig te zijn.
2.2 Aanmaken BTW-codes
Ga naar Onderhoud → Algemeen → BTW-gegevens. Hier wordt een koppeling naar het aangifteformulier van de Belastingdienst gelegd.
2.3 Instellen Basisgegevens BTW
Ga naar Onderhoud → Algemeen → Basisgegevens Administratie → Tab BTW. Vermeld hier de juiste gegevens.
Privé BTW | Meestal wordt deze grootboekrekening gebruikt op de laatste aangifte van het jaar. Gebruik deze grootboekrekening voor leveringen en diensten die u geheel of gedeeltelijk privé gebruikt en waarvan u de omzetbelasting eerder als voorbelasting heeft afgetrokken. Het kan bijvoorbeeld gaan om privégebruik van een auto van de zaak. |
Betaalde/ontvangen BTW | Geef hier het grootboekrekeningnummer in waarop het BTW-bedrag wordt geboekt dat wordt afgedragen aan / ontvangen van de Belastingdienst. |
BTW-code hoog | Vul hier de BTW-code in van af te dragen BTW hoog. |
BTW-code laag | Vul hier de BTW-code in van af te dragen BTW laag. |
Aangiftetype | Hier geeft u het type aangifte aan, zoals deze aan u is opgegeven door de Belastingdienst:
|
Verzendwijze | Hier dient u aan te geven:
|
Verzorgd door | Het is afhankelijk van de gekozen Verzendwijze welke gegevens u hier dient in te toetsen (zoals OB-nummer of Beconnummer). |
Verzonden door | Het is afhankelijk van de gekozen Verzendwijze welke gegevens u hier dient in te toetsen (zoals OB-nummer, SEB-IDnummer of Beconnummer). |
2.4 Toewijzen BTW-codes
Per grootboekrekening kunt u een BTW-code opgeven, deze zijn mede bepalend voor de aangifte BTW.
Bij groetboekrekeningen die behoren tot de BTW soort 1a, 1b, 2e, 3a, 3b, 4a en 4b is het belangrijk dat de juiste BTW-code wordt ingegeven.
2.5 Instelling debiteur
Ga naar Onderhoud → Debiteuren. Per debiteur kunt u in de tab Financieel opgeven of de debiteur BTW-plichtig is. Indien dit niet het geval is, kunt een BTW identificatienummer ingeven. Dit is ook belangrijk voor de ICP-aangifte.
Indien u factureert met Minox, dient u ook in het tabblad Verkoop de rubriek Omzetcategorie correct invullen.
Voor informatie over het opstellen van een ICP-aangifte, kijk naar deze Quick Guide.
3. BTW aangifte
Ga naar Rapportage → Grootboek → BTW aangifte. U krijgt het volgende scherm in beeld:
Opties:
Herrekende aangifte: Van de verzonden elektronische aangiften blijft een kopiebestand in het archief staan.
Bij het aanmaken van een Voorlopige of een Definitieve cumulatieve BTW-aangifte kunt u de eerdere aangiften betrekken zodat u in feite een herrekende aangifte krijgt.